Toen we vroeger vliegtuigen vouwden,
tekenden sommigen van ons ramen:
zichzelf erin, wat vrienden, de hond,
zelfs voltallige families bevolkten
de vogels. Een enkeling tekende zich
piloot met pet achter een raam vooraan.
Ik tekende ogen.
Ik tekende ogen op alles, gaf alles
een gezicht en dat werd heel even
mijn gezicht. De romp mijn borst;
de vleugels mijn armen vlak voor
een omhelzing; de staart mijn voeten op
het laatste moment voor een sprong.
De piloten maakten loepzuivere landingen,
terwijl mijn vliegtuigen eerder neigden
naar neerstorten. Zo ook op de grond,
rond een gebroken neus, tekende ik ogen.
Mooi werk, hoe de loepzuivere landingen zorgen voor heldere beelden.
“de vleugels mijn armen vlak voor
een omhelzing” is erg mooi. prettig ook de herhalingen en het ritme. Ja, Dennis is een dichter.
Ik vind het fraai, strak. Zal wel een keuze maken in de titel. Ik ben zelf voor sec Vliegtuigen. Papiervliegtuigen is mij iets te poëtisch, maar ik weet dat gij d’r van houdt.
Dankjulliewel. Ik heb mezelf moeten duwen om deze te schrijven en om hem hier op te zetten. Ik heb het idee dat de toon heel anders is dan normaal, en dat is goed, maar daar wordt je ook wel wat onzeker van. Toch maar gedaan.
@ Willem: hij heette eerst Bilaterale Symmetrie, maar die was echt te erg. Ik wil er eigenlijk een langere titel aan geven, een zin of zo. Maar deze tweedeling blijft zeker niet.
Het is van een mooie nostalgie, Dennis. ’t Is tijd voor een bundel.
Ik zal proberen er wat van te maken, zo’n bundel, maar voor mijn gevoel heeft het nog wat langer nodig. Bear with me.